Als ik dienst heb op een zonnige donderdag morgen gaat mijn telefoon rond 10.00 uur. ‘Het is begonnen denk ik’, zegt een bekende vrouwenstem. ‘De weeën zijn 05.00 uur begonnen en komen nu om de 5 min’. Een kwartier later draai ik hun straat in en parkeer de auto vlak bij hun huis.
Bij binnenkomst oogt het eigenlijk heel gezellig. Het paar heeft en modern ingerichte nieuwbouw woning met warme kleuren stijlvol ingericht. De man wijst mij naar boven waar ik zijn vrouw in de slaapkamer begroet. Ze geeft mij een vriendelijke glimlach en laat mij weten blij te zijn dat ik er ben.
Naast haar op bed ligt een jonge poes opgekruld tegen haar aan en trekt zich niks aan van zijn baasje die zich af en toe moet concentreren op een wee. Ik krijg een kopje van het beestje als ik naast haar kom zitten om haar te onderzoeken. ‘Je hebt al 4 cm ontsluiting’, zeg ik na het uitvoeren van mijn onderzoek. ‘Ik zal vast het ziekenhuis bellen om een plek voor ons te vragen’, zeg ik en wil eigenlijk al mijn telefoon pakken. ‘Nu al? zegt ze verschrikt. Mogen we niet nog even thuis blijven?’
Het paar heeft indicatie om in het ziekenhuis te bevallen. Bij de vorige bevalling kwam de placenta niet vanzelf en moest ze naar het ziekenhuis om deze te laten verwijderen. Hierbij had ze ruim bloedverlies wat we deze keer graag willen voorkomen. Ik leg haar uit dat we nu nog tijd hebben om naar het ziekenhuis te gaan en dat dat mogelijk niet meer kan als we nog een paar uur wachten. ‘Maar in het ziekenhuis hebben ze geen bevalpoes’, zegt ze betreurd. De poes in kwestie kijkt mij aan, rekt zich uit en krult zich opnieuw op tegen haar buik. Ik schiet in de lach en zeg: ‘ Er zijn heel veel bevalpoezen in het ziekenhuis alleen die willen niet bij jouw op schoot!’ zeg ik terwijl ik een knipoog geef aan haar man en zus die mij lachend aankijken.
Even later zitten we in de auto op weg naar het ziekenhuis. Eenmaal aangekomen gaat het snel. Tijd om onder de douche te gaan of in bad te zitten heeft ze niet want de persweeën dienen snel aan waarop er vlot een gezonde zoon geboren wordt. Zelfs de placenta meldt zich een aantal minuten later ook vanzelf. Dolgelukkig is het paar met een hun zoon en ik feliciteer ze hartelijk. Ze geeft aan het toch een fijne ervaring te hebben gevonden ondanks de reis in de auto met weeën. ‘Hoe gaat het met je bevalpoes?, vraag ik haar plagend. ‘Ze is een beetje boos’, zegt ze met een glimlach en ik geef haar een warme washand. ‘We hebben thuis geen poes maar eigenlijk is het een kat!’, zegt ze. ‘Nu heb ik je in ieder geval kunnen laten lachen tijdens de bevalling’, zeg ik terwijl ik mijn schouders ophaal. Dankbaar zwaait ze me toe als ik even later weer vertrek.